Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Wet op de accijns

 

Artikel 50f
1
Voorafgaand aan een levering als bedoeld in artikel 2e dient degene die de levering verricht, de verkoper, een fiscaal vertegenwoordiger in Nederland te hebben aangesteld, die niet de geadresseerde van de accijnsgoederen is.
2
De fiscaal vertegenwoordiger dient in het bezit te zijn van een daartoe strekkende vergunning van de inspecteur.
3
Degene die een vergunning als fiscaal vertegenwoordiger wil verkrijgen, dient daartoe een verzoek in bij de inspecteur.
4
Bij algemene maatregel van bestuur kunnen, ter verzekering van de heffing, regels worden gesteld met betrekking tot de verplichtingen waaraan de in het eerste lid bedoelde fiscaal vertegenwoordiger moet voldoen ten aanzien van de administratie.
5
In het verzoek worden gegevens verstrekt met betrekking tot:
a
de soort of de soorten accijnsgoederen waarvoor de vergunning is bestemd;
b
de hoeveelheid accijnsgoederen, onderscheiden naar soort, die naar verwachting door de verkoper die hij vertegenwoordigt per jaar naar Nederland zal worden verzonden;
c
de persoon op wiens naam de vergunning dient te worden gesteld;
d
de naam en het adres van de verkoper die hij vertegenwoordigt; en
e
de administratie van de in onderdeel b bedoelde accijnsgoederen.
6
Bij het verzoek dient een verklaring van de verkoper te worden overgelegd waaruit blijkt dat degene die het verzoek indient door de verkoper is gemachtigd namens hem op te treden als fiscaal vertegenwoordiger.
7
Bij ministeriƫle regeling worden nadere regels gesteld met betrekking tot de gegevens die het verzoek moet bevatten.


Jurisprudentie bij dit artikel

  • Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.

  • Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.
  •